Skip to content
act legal covers all major European business centres: Amsterdam Bratislava Bucharest Budapest Frankfurt Madrid Milan Paris Prague Sofia Vienna Warsaw

Dirk van den Berg in Pompshop: Franchisewet 2.0

Het is alweer 3 jaar geleden dat ik ontdekte dat ik al 15 jaar een franchiseadvocaat was. Ik hield mij al het hele millennium bezig met contractuele relaties in de ‘downstream petrol branche’ toen in het voorjaar van 2016 de Nederlandse Franchise Code (NFC) verscheen, een gedragscode opgesteld door een commissie van franchisegevers en franchisenemers. Daarin werden vrijwel alle relaties tussen oliemaatschappijen en de ondernemers die de producten aan de man brengen (retailers) onder het merk van de leverancier als franchiseovereenkomsten aangemerkt:

Franchise is een vorm van samenwerking tussen juridisch en economisch zelfstandige (rechts)personen, waarbij de ene partij (de franchisegever) aan de andere partij (de franchisenemer) het recht verleent om zijn franchiseformule te exploiteren voor de afzet van goederen en/of diensten. Zowel franchisegever als franchisenemer beogen daarbij voor beiden een ondernemersinkomen te realiseren.

Franchiseformule: een formule voor het fysiek en/of digitaal kopen, verkopen, doorverkopen, verlenen of produceren van goederen of diensten door een franchisenemer onder een embleem, handelsnaam of

merk van de franchisegever, in overeenstemming met diens bijstand, aanwijzingen en knowhow, waarmee de toepassing van (een) eenvormige commerciële methode(n) wordt beoogd tegen een passende vergoeding.

De NFC was het ‘kindje’  van de toenmalige minister van Economische Zaken Henk Kamp (2012-2017), die ervan was overtuigd dat er iets moest worden gedaan aan de machtsongelijkheid tussen franchisegevers en franchisenemers. Aanleiding waren verschillende conflicten die in die jaren ook breed in de pers zijn uitgemeten (Albert Heijn, Bakker Bart, Hema). De minister signaleerde diverse “onwenselijke overeenkomsten en gedragingen” en stelde in 2014 een termijn aan de marktpartijen: als zij zelf hun zaken niet netjes zouden regelen, dan zou hij dat voor ze doen. Onder deze druk kwam begin 2016 de NFC ter wereld. De Code bevat een groot aantal regels voor (vooral) franchisegevers. Omdat de NFC op basis van vrijwilligheid werd toegepast, en veel franchisegevers er niet enthousiast van werden – zij vinden dat de beschermingsgedachte daarin te veel is doorgeschoten – werd de NFC in de praktijk weinig gebruikt. Minister Kamp maakte zijn dreigement waar, en kwam in 2017 met een wetsontwerp waarin de NFC een “aanhangwagen” van het Burgerlijk Wetboek (BW) werd.

Door deze wettelijke verankering zou in alle franchiserelaties de NFC moeten worden nageleefd. Afwijkingen waren alleen mogelijk “mits deugdelijk gemotiveerd”. Hoewel het wetsvoorstel juridisch aan alle kanten rammelde, waren franchisenemers er over het algemeen positief over. Sommigen waren ronduit positief omdat zij zich gehoord voelden, anderen vonden het beter dan niets. Ik vond het wetsvoorstel een ramp en heb mij – met veel meer advocaten en juristen – tegen het wetsvoorstel opgesteld, omdat invoering tot veel onduidelijkheid en onnodige procedures zou leiden.

Minister Kamp verdween van het toneel, en daarmee ook dit wetsvoorstel. In het Regeerakkoord van Rutte III lazen we dat er wetgeving zou komen “om de positie van franchisenemers in de pre-competitieve fase te versterken”. En daar was-ie dan, een paar dagen voor Kerstmis, het voorontwerp voor de Franchisewet. Het wordt een nieuw hoofdstuk van het BW, titel 16. De regels gaan voor een groot deel over informatieverstrekking door de franchisegever aan de franchisenemer, zowel voorafgaand aan als tijdens de franchiseovereenkomst. Ook zijn er regels over tussentijdse wijziging van de overeenkomst, beëindiging van de samenwerking en het overleg tussen partijen.

Op het voorstel kon de hele maand januari worden gereageerd door iedereen die er iets over wilde zeggen. Franchisenemers zijn in veel gevallen weer positief. Franchisegevers hebben grote aarzelingen, vooral omdat bepaalde wijzigingen in de franchiseformule – maar ook in de eigen organisatie! – alleen mogen worden doorgevoerd nadat dat door 2/3e van de franchisenemers (of een vertegenwoordiging daarvan) is goedgekeurd. Als deze bepaling in het definitieve wetsvoorstel wordt gehandhaafd, zou dat er wel eens toe kunnen leiden dat verschillende bedrijven met franchise stoppen en de franchisenemer met het badwater wordt weggegooid. Ik ben erg benieuwd wat staatsecretaris Mona Keijzer met de commentaren doet.

Lees de input van o.a. Bovag en Shell op www.internetconsultatie.nl/wet_franchise .

Deze column is geschreven voor Pompshop. Het onafhankelijke vakblad voor tankstations en carwash. Dirk van den Berg is ruim 15 jaar gespecialiseerd in tankstationszaken en gaat in Pompshop maandelijks in op een juridisch onderwerp. Vragen of opmerkingen? Neem hier contact op.

Dirk van den Berg is partner en advocaat bij act legal. Hij heeft zich gespecialiseerd in vastgoedrecht, franchiserecht, huurrecht bedrijfsruimte en distributierecht. Hij adviseert een groot aantal ondernemers in de tankstation branche, onder andere in contracten met oliemaatschappijen.

Column Pompshop
1. Dirk van den Berg in Pompshop: Golfbewegingen en gelegenheidsargumenten
2. Dirk van den Berg in Pompshop: Tanken zonder betalen is diefstal!
3. Dirk van den Berg in Pompshop: Een Whatsapp-gesprek is een gesprek!
4. Dirk van den Berg in Pompshop: Een schoft met/zonder hoge hoed
5. Dirk van den Berg in Pompshop: Knallende kurken, krimpende kansen
6. Dirk van den Berg in Pompshop: De Gele Hesjes zijn boos, maar waarover (niet)?
7. Dirk van den Berg in Pompshop: Gebouwd of niet gebouwd, dat is de vraag
8. Dirk van den Berg in Pompshop: Tegen de stroom in voor koffie en broodjes…
9. Dirk van den Berg in Pompshop: De aard van het beestje
10. Dirk van den Berg in Pompshop: Franchisewet 2.0
11. Dirk van den Berg in Pompshop: Op de wip
12. Dirk van den Berg in Pompshop: Sorry, geen tijd voor de column
13. Dirk van den Berg in Pompshop: Hoeveel magere jaren nog?
14. Dirk van den Berg in Pompshop: De ene doodsteek is de andere niet
15. Dirk van den Berg in Pompshop: Griffie(on)recht en kortzichtigheid
16. Dirk van den Berg in Pompshop: Andermaal de veiling
17. Dirk van den Berg in Pompshop: Pech voor PitPoint
18. Dirk van den Berg in Pompshop: Arbeidsrecht in balans?
19. Dirk van den Berg in Pompshop: Recht in tijden van corona
20. Dirk van den Berg in Pompshop: Huurrecht in tijden van corona 2
21. Dirk van den Berg in Pompshop: Fysiek feestje
22. Dirk van den Berg in Pompshop: Adviesprijs nog steeds niet exit?
23. Dirk van den Berg in Pompshop: Een nieuwe start. Nieuwe rondes, nieuwe kansen!
24. Dirk van den Berg in Pompshop: Het hele grote en het hele kleine
25. Dirk van den Berg in Pompshop: G(r)een Ontvankelijkheid
26. Dirk van den Berg in Pompshop: De felbegeerde positie van exploitant
27. Dirk van den Berg in Pompshop: De Paal – Dappere CODO
28. Dirk van den Berg in Pompshop: Een sprong van 1,5 meter op 100 meter hoogte
29. Dirk van den Berg in Pompshop: Black box
30. Dirk van den Berg in Pompshop: Koffietje op De Horn?
31. Dirk van den Berg in Pompshop: Tamelijk Veel Lof
32. Dirk van den Berg in Pompshop: WYSIWYG (What You See Is What Gou Get)?
33. Dirk van den Berg in Pompshop: De Staat deed waartoe hij in staat was
34. Dirk van den Berg in Pompshop: Drie keer geen oordeel van de Hoge Raad
35. Dirk van den Berg in Pompshop: Voldoende serieus te achten overleg?
36. Dirk van den Berg in Pompshop: Hoge Raad gaat mee in ‘share the pain’ gedachte
37. Dirk van den Berg in Pompshop: Huurregels van toepassing bij gemengde overeenkomst?
38. Interview met Dirk van den Berg in vaktijdschrift Pompshop